Ingescheept. Op weg naar Engeland. Eerst een parkeerterrein zo groot als een stad. Genummerde rijen. Wij komen in rij 64. Will you still need me,will you still feed mee, when I’m 64. Ben 65. Ja, je moet toch wat bedenken als je staat te wachten. Aan boord onmiddellijk gekeken of je kunt Internetten. Dat lijkt te lukken. Ik word verbonden met Seafrance. Maar verder gebeurt er niets. Naar de information. Ja, ze hebben wel degelijk Internet en WiFi. “C’est completement installé”, maar helaas het werk niet. Er zijn wat problemen. Binnenkort, dan is het waarschijnlijk heel goed mogelijk, “pas aujourd’hui.”
We rijden door Engeland. We, ik dus. Ik hou van rijden als het moet. En nu moeten we om van Dover naar Ruardean te komen. Gade volgt de route nauwgezt op de kaarten die we bij ons hebben. Tomtom bevestigt dat we goed gaan. De eerste 250 kilometer snelweg en dan nog wat dual carrige ways. Op het laatst smalle dorpsweggetjes. Engeland van de plaatjes en Midsummer Murders. Duidelijk wordt ook dat het landschap zo geaccidenteerd is dat de fietsen die we bij ons hebben, net als wij vooral vakantie zullen heben. De weggetjes zijn kronkelig en stik, heel stik.
We draaien het erf van Litle Marstow Farm op. Een huis uit een blad als ‘Country Living’ of ‘Country Homes’. Eigenlijk zijn het twee huizen tegen elkaar. Het huis van de eigenaars, Angela en Rusty, en ons riante onderkomen. Keuken, badkamer , woonkamer, zitkamer, slaapkamer en meditatieruimte. Dat laaste zou ook een ideaal schrijvershuisje zijn als er een goede tafel in zou staan. En natuurlijk zijn er de twee aftandse hondjes Disney en Henry en wat paarden. Angela en Rusty zijn zo Engels als hun huisje. Heel veel ‘jolly’ and ’nice’, maar Internet? “We are glad that we know how to use a mobile phone.” Geen verbinding dus, maar het uitzicht op de heuvels van Wales vergoedt alles. En in het naburige dorp is er misschien een pub met WiFi.