Toekomst

Misschien kwam het door de prachtige dag. De zon scheen naar behoren, het terras lokte. Ik had afgesproken met de mooie A en haar Hongaarse vriend, die een paar dagen over was. Jong geluk, waar het vertrouwen in de toekomst van af straalde. We dronken cappuccino, de Hongaar bier en maakten grappen over het feit dat als ik drieënnegentig ben en Anna en ik onverhoopt geen partner zouden hebben, dat we dan met elkaar zouden trouwen. Een belofte die we verloving noemden.
We lunchten samen, de zon scheen en alles wat de toekomst zou kunnen bederven leek ver weg, heel ver weg. Met zo veel hoop en verwachting om me heen durfde ik ook wel wat te sombermansen over wat onafwendbaar lijkt. Ik geloof oprecht in het langzame verval van de West-Europese cultuur, dat onze beschaving op zijn laatste benen loopt en meer nog dan van buiten van binnenuit wordt bedreigd, aan het afbrokkelen is. En dan is het goed 70 te zijn en dat proces waarschijnlijk niet te het bittere einde te hoeven meemaken.
Laat duidelijk zijn, ik ben geen pessimist.Daarvoor is het leven veel te leuk. Onze cultuur is gewoon aan de beurt om op te houden zoals in de loop van de geschiedenis tal van culturen zijn opgekomen, glorieerden en in verval zijn geraakt. Mijn jonge gasten zijn het niet met mij eens. Gelukkig maar. Zij moeten nog minstens zestig jaar mee en dan kan wat geloof in de toekomst helemaal geen kwaad. De wereld ligt nog aan hun voeten te wachten om veroverd te worden. De Hongaarse vriend is er stellig van overtuigd dat de toekomst in Oost-Europa ligt. Daar gelooft hij oprecht in. Het werkt bijna inspirerend, zoveel vertrouwen.
We drinken nog wat. De zon straalt nog steeds. Het is bijna een filmisch beeld. De oude man, de jonge mensen op een terras. We nemen afscheid. Ik ga naar huis, waar de schilders zo goed als klaar zijn. Mijn huis kan er weer voor vijf jaar tegen. Vijf jaar. Hoe lang duurt een toekomst?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *