Straatnaam-2

Dit is deel 2 van mijn column uitgesproken in het Geschiedeniscafé in het Kolpinghuis 0p 15-9-2017. Deel 1 verscheen gisteren.
Ik woon in de schildersbuurt. In de Van Langeveldstraat. Van Langeveld? Was dat een schilder? Van Langeveld, wie heeft van hem gehoord, wie kent zijn werk? Volgens mij is hij net zo weinig gekend als tot voor kort Johan Maelwael. Maar die werd samen met de gebroeders Van Limburg op het schild gehesen. En zo’n vooraanstaande Nijmegenaar verdient uiteraard een straatnaam. Maar de schildersbuurt was al vol. Rembrandt, Israëls, Vermeer, zij hadden allemaal hun straat. In Nijmegen-Oost was geen straatje of hofje meer over om te vernoemen en deze gerenommeerde Nijmegenaar de eer te geven die hem toekomt. Maar ziet er kwam uitkomst. Daar waar ooit de Gelderlander stond en je een Louis Frequinstraat zou verwachten kreeg Maelwael, ver van de schildersbuurt toch zijn plein. Ach ja, beter iets dan niets. Grote Nijmegenaren verdienen een straat, een plein en als het niet anders kan een gasje. Net zoals grote schilders. Brengt mij toch weer terug bij de schilder Roelofs, die ook nog een schilderende zoon had die les heeft gegeven aan de koninginnen Wilhelmina en Juliana. Amsterdam, Papendrecht, Amersfoort, Eindhoven, Diemen, Dordtrecht, Deventer kennen allemaal een Roelofsstraat of pad. Nijmegen niet. Maelwael kreeg in deze stad een plein. Terecht, zeker na de toelichting van mijn naamgenoot Pieter Roelofs. Kolping, om daar nog even op terug te komen, kreeg naast een straat zelfs een hele buurt vernoemd. Maar Roelofs is hier ter stede niet gekend.
Ik weet niet precies waarom, maar ik vind het ook in Nijmegen hoogtijd worden voor een Roelofsstraat. Nietwaar Pieter?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *