Rechter

Ik kan geen ruziemaken. Ik heb het ook nooit echt geprobeerd, geloof ik. Ik ben het natuurlijk wel eens niet met iemand eens, hou dan ook wel van een stevige gedachtewisseling met strak ingenomen en verdedigde stellingen, maar ruziemaken, nee, dat is niet zo mijn pakkie an. Wat dat betreft categoriseer ik mij zelf ook wel als een paard. Ik heb wel eens gelezen dat een paard in geval van twist en ongerief zo lang mogelijk een confrontatie uit de weg gaat, hij is een vluchtdier. Dat is een alleszins acceptabele en vreedzame overlevingsstrategie, een strategie waar een paardenlichaam voor gebouwd is. Sterk en snel, wendbaar. Hoe anders dan het roofdier, ook als het moet snel, maar een snelheid die meer gericht is op aanvallen dan op vluchten. Nee, van het roofdier heb ik maar weinig in mij. Ik zal niet vlug aanvallen. Als er toch gevochten moet worden dan liever met woorden, waar ik kan genieten van een flitsend steekspel, snel uitgewisselde argumenten  en er dan ook achter komen dat elke zaak minstens twee kanten heeft, die jouw opvatting ook weer in een relativerend licht zet.
Los van vluchtdier of roofdier zijn geniet ik nog meer van de rol van toeschouwer bij een gevecht. Ik kan mateloos genieten van een programma als ‘De Rijdende Rechter’ waar mensen elkaar naar het leven lijken te staan en de rechter van dienst, zoals gisteravond, werkelijk fysiek tussen beide partijen moet gaan staan om ze van elkaars lijf af te houden. Het gaat vaak om niks, maar dat niks wordt in de loop van jaren wel zo opgeblazen dat het niet meer te hanteren is. Verwijten over en weer, slecht of helemaal niet luisteren en zo hard schreeuwen dat je alleen nog maar je eigen gelijk hoort. En waar gaat het over? Een lekke dakgoot, een te hoog muurtje, een te brede boom of om een buurman die in jouw huis een andere buurvrouw zoent. En de rechter bepaalt dat de dakgoot gerepareerd moet worden, het muurtje geslecht, de boom gesnoeid. En die zoenende buren, daar doet hij niets aan. Je hoort de uitspraak en je ziet dat er eigenlijk toch niets zal veranderen. De ene mens blijft de ander een wolf. Ik blijf een paard.