Oranjezonnetje

De voorspellingen waren allerbelabberdst. Het zou te koud worden voor de tijd van het jaar, er waren buien voorspeld en de zon zou zich niet of nauwelijks laten zien. Het was weer om rustig thuis te blijven en bij een kop koffie een goed boek te pakken en de dag verder aan zijn eigen lot over te laten. Maar het was ook de dag dat je wist dat Amersfoort op wachtte en je kon zeker niet op het laatste moment de burgemeester daar bellen en zeggen dat het feest dan wel door kon gaan, maar zonder hem, zijn vrouw, hun drie dochters en nog wat broers en hun aanhang. Bovendien wat zou het volk wel niet van hem denken als hij inderdaad verstek zou laten gaan. Al die mensen die zich op een dansje, een toneelstukje stuk hadden geoefend en ook nog eens een quiz hadden voorbereid. Dat laatste had een verrassing moeten zijn, maar door nijver speurwerk van de AIVD wist hij welke vragen er zouden komen en had zijn tekstschrijver een snedige oneliner naar aanleiding van een van de  vragen verzonnen. Bovendien had een paar weken geleden, toen het nog onverwacht zo’n prachtig voorjaarsweer was, zijn vrouw een mooie jurk besteld. Korte mouwen, dat wel. Hij had haar nog gewaarschuwd dat het weer die dag dat je wist dat die zou komen nog wel eens  zou kunnen tegenvallen. Maar zij had een eigen willetje, dus niks geen vestje er over, gewoon die jurk zou zij dragen. Zij was toch geen watje. Hij had zich voorgenomen voor de zekerheid maar een extra t-shirt onder zijn overhemd aan te trekken. Hij was nogal bevattelijk en niet gaan was geen optie, want daar reed de autobus al voor. De hele familie, koninklijk en aangetrouwd zat er al in. Ach, misschien zou het toch wel een mooie dag worden, gezellig met zijn allen. Toch een soort schoolreisjes gevoel en voor zijn drie meiden was het goed kennis te maken met wat hen later veel vaker dan een dag per jaar te wachten zou staan. In de bus oefenden ze nog een keer hun clublied. Klonk als een klok. Sommigen wilden ook het zesde couplet erbij, hij vond het eerste genoeg.
Onderweg regende het stevig, maar voorbij Utrecht brak het wolkendek open. Echt warm werd het niet, maar er was gelukkig wel een bleek oranjezonnetje. En ook alle andere clichés werden weer uit de kast gehaald. Hij probeerde zich te herinneren wat zijn tekstschrijver had gesuggereerd voor het slotwoord over een paar uur. Iets van keileuk en een ezel en een steen of zoiets en een warme ontvangst. Dat kwam straks wel. Ze stapten uit. “Niet te koud, schat?” vroeg hij. Door de stand van haar hoed kon hij haar reactie niet zien.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *