Lente

Ik ken mensen die zeggen dat ze de lente kunnen ruiken. Sterker nog de komst van de lente. Ze ruiken de lente dus voor dat die er is. Een goede Russische vrienden vertelt me via Skype dat het nog maar -3 graden is in plaats van -15 tot -20 die het de afgelopen weken was. “Mann riecht schon die Frühling”, meldt ze opgetogen. Ik heb daar geen last van, zeker niet bij -3 graden. Natuurlijk merkte ik gisteren wel dat de lente aanstaande is. Een warm zonnetje, een blauwe hemel en een heel lichte groene waas over struiken en bomen. Maar ruiken deed ik niks. Maar het was wel zo’n weer dat voor mij tot Kerstmis duren mag.
Ook aan mijn kat merk ik dat het lente wordt. In de winter verrekt hij het om naar buiten te gaan. Zijn plaatsje op de vensterbank boven de verwarming is hem dan genoeg en de enige beweging die hij dan neemt zijn het loopje naar zijn voerbak en de kattenbak. Voor die laatste moet hij een trap op. Je ziet aan hem af dat dat vaak al te veel is. Maar nu het weer beter wordt laat hij de kattenbak de kattenbak en gaat naar buiten voor zijn behoefte. Hij heeft de onhebbelijke gewoonte dat als ik hem de voordeur heb uitgelaten en hij na een minuut of wat weer naar binnen wenst te gaan ik de deur voor hem open en hij dan onmiddellijk doorloopt naar de achterdeur, om te zien of  het in de achtertuin  net zo’n lekker weer is als voor.
Lang geleden hebben wij hem zijn mannelijkheid laten ontnemen, maar gisteren was er toch nog een klein spoortje van te ontdekken. Ergens ver weg herinnerde de lentekriebels hem er aan dat dit de tijd voor liefde en pure passie was. Uitgebreid schurkte hij zich tegen de linkervoorband van mijn auto aan, gaf uitgebreid kopjes, kortom probeerde de band uitbundig het hof te maken. Mijn autoband reageerde niet. Kan, denk ik, net als ik de lente ook niet ruiken.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *