Koning

Het is nu al meer dan een halve eeuw geleden dat ik Jaap Fischer (nu weer bekend als Jaap Visser) hoorde zingen over een koning, een heel eenzame koning. In dat liedje wordt verteld dat als een schoft om een praatje verlegen zit,  hij altijd wel op straat een andere schoft vindt die om een praatje verlegen zit, met wie hij dan praat. Ja, zelfs als een hond wil gaan wandelen in de stad, vindt die altijd wel een ander na een blok of wat. Dan wordt gesnuffeld en okay bevonden en gaan ze samen verder, twee honden Maar wat doet een koning in zo’n geval? Voor hem geen schoft of hond die op hem wacht. Een koning heeft alleen maar minderen en zijn kinderen en zijn vrouw. En als hij zijn kroon afzet, de stad in gaat, naar het duurste hotel of het goedkoopste café en daar een whisky of koffie bestelt, in een kring kruipt en dan om zich heen kijkt dan ziet hij  dat alle mensen vinden dat hij stoort, alsof een koning echt slechts ergens anders hoort, bij zijn minderen, zijn kinderen en zijn vrouw.
Dat intrieste verhaal dat aangeeft dat het ‘lonely at the top’ is schoot mij te binnen toen ik keek naar de verklaring van Willem-Alexander. Hij kijkt beteuterd de camera in, geflankeerd door zijn echtgenote die met strakke blik naar voren kijkt, zich soms, haar gezicht verzacht, naar hem toewendt. Twee mensen op een bank in een groot paleis die dachten het zo goed te doen in hun verbindende rol in deze sombere tijden en er even leuk, kroon af, vakantiekleren aan  tussen uit wilden. De koning, zijn vrouw en  kinderen en even geen minderen. Verkeerd moment, verkeerd land. Iedereen gevraagd thuis te blijven en zelfs weggaan. Was de koning weer even dom geweest?
Jaap Fisher zong het liedje in 1961 en met hem toen half studerend Nederland. Willem-Alexander was toen nog niet geboren.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *