“Let een beetje op elkaar.” Met die opdracht sloot premier Rutte nog geen veertien dagen geleden zijn toespraak af waarbij hij als het ware de strijd tegen het Virus voor geopend verklaarde. En intussen kunnen we het daarbij behorende mantra bijna dromen. Was je handen, blijf binnen, nies in je elleboog, gebruik papieren zakdoekjes, blijf op 1,5 meter afstand, hou je adem in en stik niet. En dan, als een soort amen, dat let een beetje op elkaar.
Sinds die oproep van Rutte ben ik het huis nauwelijks meer uit geweest. Heb buiten Gade niemand meer vis à vis gezien, maar wel via Skype en Zoom familie en vrienden bezocht. Je moet toch wat. Maar die contacten zijn een schamel surrogaat voor het echte bezoek, het even een kop koffie halen of de onverwachte visite. Dat is er nu even niet meer bij. Ik troost mij via mail berichtjes en een telefoontje naar deze en gene.
Ik heb zo juist een oude neef, een heel eind op weg naar 90, gebeld. Hij woont op een paar kilometer afstand in een klein boerderijtje dat inmiddels helemaal omringd is door Nijmeegse nieuwbouw als ware het een Gallisch dorpje omring door de Romeinse bezetter. Een klein boerderijtje, maar het is wel zijn geboortehuis waar hij ooit met ouders, vijf broers en drie zussen woonde. Zijn vader en moeder, mijn oom en tante, stierven, broers en zussen gingen het huis uit, op een zus na. Tot ook zij dood ging en hij nu al jaren lang alleen woont. Ik bezoek hem 2, 3 keer per jaar. Eigenlijk veel te weinig. Let een beetje op elkaar. Als ik hem bel meldt hij zich met zijn achternaam. Hij is verrast dat ik hem bel. Hij heeft het niet makkelijk. “Ik ben een buitenmens.” Maar zijn lijf laat hem in de steek. Het kost hem moeite de tuin een beetje bij te houden, een tuin die zijn trots was met een groot moestuingedeelte en een nauwkeurig bijgehouden gazon. Een plaatje. En dan vertelt hij dat een paar weken geleden geprobeerd is bij hem in te breken en dat sindsdien het lijkt dat hij steeds iets hoort als hij net op bed ligt. “Maar dat is inbeelding”, troost hij zich zelf. Ik luister naar zijn verhaal. “… en bedankt dat je even gebeld hebt.” We hangen op. Let een beetje op elkaar. Is dat het?
Archieven
- oktober 2021
- juli 2021
- mei 2021
- april 2021
- maart 2021
- februari 2021
- januari 2021
- december 2020
- november 2020
- oktober 2020
- september 2020
- augustus 2020
- juli 2020
- juni 2020
- mei 2020
- april 2020
- maart 2020
- februari 2020
- januari 2020
- december 2019
- november 2019
- oktober 2019
- september 2019
- augustus 2019
- juli 2019
- juni 2019
- mei 2019
- april 2019
- maart 2019
- februari 2019
- januari 2019
- december 2018
- november 2018
- oktober 2018
- september 2018
- augustus 2018
- juli 2018
- juni 2018
- mei 2018
- april 2018
- maart 2018
- februari 2018
- januari 2018
- december 2017
- november 2017
- oktober 2017
- september 2017
- augustus 2017
- juli 2017
- juni 2017
- mei 2017
- april 2017
- maart 2017
- februari 2017
- januari 2017
- december 2016
- november 2016
- oktober 2016
- september 2016
- augustus 2016
- juli 2016
- juni 2016
- mei 2016
- april 2016
- maart 2016
- februari 2016
- januari 2016
- december 2015
- november 2015
- oktober 2015
- september 2015
- augustus 2015
- juli 2015
- juni 2015
- mei 2015
- april 2015
- maart 2015
- februari 2015
- januari 2015
- december 2014
- november 2014
- oktober 2014
- september 2014
- augustus 2014
- juli 2014
- juni 2014
- mei 2014
- april 2014
- maart 2014
- februari 2014
- januari 2014
- december 2013
- november 2013
- oktober 2013
- september 2013
- augustus 2013
- juli 2013
- juni 2013
- mei 2013
- april 2013
- maart 2013
- februari 2013
- januari 2013
- december 2012
- november 2012
- oktober 2012
- september 2012
- augustus 2012
- juli 2012
- juni 2012
- mei 2012
- april 2012
- maart 2012
- februari 2012
- januari 2012
- december 2011
- november 2011
- oktober 2011
- september 2011
- augustus 2011
- juli 2011
- juni 2011
- mei 2011
- april 2011
- maart 2011
- februari 2011
- januari 2011
- december 2010
- november 2010
- oktober 2010
- september 2010
- augustus 2010
Links