Ik kan mij niet meer heugen wanneer ik voor het laatst wakker werd door het kraaien van een haan. Ik vraag mij dat af terwijl ik zie hoe het eerste morgenlicht door het hoge venster draalt. Het is nog veel te vroeg om de nacht voor de dag in te wisselen. In de verte kraait een haan. Ik draai me om, trek het dekbed over me heen en glij weer in een mooie diepe slaap, gevuld met dromen waar onbestaanbare zaken zich in logisch verband afspelen.
Gade in ik zijn deze week in het noordelijkste Nederland vanwaar we een vrij uitzicht hebben op de Noordpool. Aldus neef. Het huisje waar we verblijven ligt aan de voet van de Waddendijk. Door die dijk is vanuit ons huisje de Noordpool niet te zien, dan moet je de dijk op klauteren. Ik ben niet meer zo’n klauteraar. Ik denk mij het uitzicht, het is weids. In gedachte nog onmetelijk veel weidser dan in het echt. Uitzicht dat omgekeerd evenredig is aan de maat van ons vakantiehuisje, een anderhalve eeuw oud vissershuisje. Een ’tiny house’, maar dat was in de tijd van de bouw nog een begrip dat uitgevonden moest worden. Het huisje is net, maar dan ook maar net groot genoeg voor twee. Alles erop en eraan en het lijkt van binnen in niets meer op het stulpje waar een visserman met zijn gezin huisde.
Ooit in een stormnacht kwamen hier tientallen vissers om. Geen familie of het telde wel een slachtoffer. De treurigheid van die ramp lijkt nog steeds voelbaar in het dorp, niet meer dan een lange straat aan de voet van de waddendijk. Twee monumenten herinneren aan die rampzalige nacht. Samen met de kleine vissershuisjes schrijven zij de geschiedenis van dit dorp, dit gat, Moddergat.
Het is middag, net na twaalven. In de verte kraait een haan voor wie het altijd ochtend lijkt.
Archieven
- oktober 2021
- juli 2021
- mei 2021
- april 2021
- maart 2021
- februari 2021
- januari 2021
- december 2020
- november 2020
- oktober 2020
- september 2020
- augustus 2020
- juli 2020
- juni 2020
- mei 2020
- april 2020
- maart 2020
- februari 2020
- januari 2020
- december 2019
- november 2019
- oktober 2019
- september 2019
- augustus 2019
- juli 2019
- juni 2019
- mei 2019
- april 2019
- maart 2019
- februari 2019
- januari 2019
- december 2018
- november 2018
- oktober 2018
- september 2018
- augustus 2018
- juli 2018
- juni 2018
- mei 2018
- april 2018
- maart 2018
- februari 2018
- januari 2018
- december 2017
- november 2017
- oktober 2017
- september 2017
- augustus 2017
- juli 2017
- juni 2017
- mei 2017
- april 2017
- maart 2017
- februari 2017
- januari 2017
- december 2016
- november 2016
- oktober 2016
- september 2016
- augustus 2016
- juli 2016
- juni 2016
- mei 2016
- april 2016
- maart 2016
- februari 2016
- januari 2016
- december 2015
- november 2015
- oktober 2015
- september 2015
- augustus 2015
- juli 2015
- juni 2015
- mei 2015
- april 2015
- maart 2015
- februari 2015
- januari 2015
- december 2014
- november 2014
- oktober 2014
- september 2014
- augustus 2014
- juli 2014
- juni 2014
- mei 2014
- april 2014
- maart 2014
- februari 2014
- januari 2014
- december 2013
- november 2013
- oktober 2013
- september 2013
- augustus 2013
- juli 2013
- juni 2013
- mei 2013
- april 2013
- maart 2013
- februari 2013
- januari 2013
- december 2012
- november 2012
- oktober 2012
- september 2012
- augustus 2012
- juli 2012
- juni 2012
- mei 2012
- april 2012
- maart 2012
- februari 2012
- januari 2012
- december 2011
- november 2011
- oktober 2011
- september 2011
- augustus 2011
- juli 2011
- juni 2011
- mei 2011
- april 2011
- maart 2011
- februari 2011
- januari 2011
- december 2010
- november 2010
- oktober 2010
- september 2010
- augustus 2010
Links
prachtig geschreven weer! Ik blijf zo genieten van je “stukjes”
Little red rooster ( w dixon) rustgevend……
Het is nu al bijna een week verder Jan, lukt het je niet boven het hanengekraai uit te komen? Moet ik me zorgen maken?