Maximus

Als je al een aantal jaren bij verschillende therapeuten, medici, specialisten en paramedici loopt, begin je je eigen lichaam steeds beter te kennen. Niet dat die kennis als zodanig iets bijdraagt aan een min of meer spoedig herstel, maar je wordt op velerlei gebied wel een praktijkdeskundige en je leert er heel wat moeilijke woorden bij. En dan moet ik zeggen dat een goede Rooms-Katholieke opvoeding die deels nog stamt van voor het Tweede Vaticaanse Concilie je daarbij zeer kan helpen, zeker als je op school geen Latijn hebt gehad. Maar als je als klein jongetje elke zondag keurig naar de Mis ging en met je moeder vaak ook nog naar het Lof dan raakte je zeer vertrouwd met de klanken van het Kerklatijn. Mijn medicijnlijstje, een fikse verzameling Potjeslatijn laat zich lezen als een litanie  die kan wedijveren met de Litanie van Allerheiligen zoals die destijds nog wel eens klonk: Rosuvastatine ora pro nobis; Isosorbide, ora pro nobis; Metoprolol ora pro nobis;  Lipitor ora pro nobis; Furosumide ora pro nobis; Acenocoumarol ora pro nobis. De Gregoriaanse klanken moet u er zelf maar bij denken en een aflaat is er niet mee te verdienen.
Het is alweer vele jaren geleden dat een fysiotherapeute mij als diagnose meedeelde dat het wel eens de musculus  glutaeus maximus kon zijn die opspeelde. Het scheelde maar weinig of ik had haar, als ik in gebedsgenezing zou geloven, geantwoord hebben met ora pro nobis. Last hebben van je muscules glutaeus maximus, ik dacht dat ik aan de rand van de vulkaan stond. Maar die angst bekoelde al snel toen zij mij vertelde dat het om de grote bilspier ging en dat ik naast de grote ook nog een kleine en een middelste  bezat. In het Latijn, om plaatje compleet te maken, de minimus en  medius.
Vanmiddag heeft mijn osteopaat zich op mijn maximus gestort. De spier voelt een stuk soepeler aan.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *