Bang

Graag kom ik nog even terug op de ‘gastoptredens’ die ik afgelopen week gaf aan vier groepen eerstejaars van de opleiding Maatschappelijke Zorg van het ROC. Ik hield daar een verhaaltje, sterk persoonlijk gekleurd hoe ik het vond oud te worden en meer nog te zijn. Ik vertelde over wat mij bezig hield, een korte levensgeschiedenis, zakelijk en privĂ©. En er was ruimte voor vragen, vragen te over. Heel praktische vragen of ik een smartphone had en kinderen. Maar ook welke periode in mijn leven ik graag nog een keer zou overdoen en of ik iets anders had willen worden dan wat ik nu geweest was. Op die laatste vraag antwoordde ik dat ik tevreden was met wat ik gedaan had, maar mocht ik toch nog een keer kiezen dan had het mij wel geleken een heel geslepen strafpleiter te worden of, heel anders, balletdanser. Maar daar bezat ik niet het meest geschikte instrument voor.
En dan was er die vraag van die ene jongen, de vraag waar het misschien wel allemaal omdraait: “Waar bent u bang voor?” Toen was ik heel lang stil en ontdekte bij mij zelf in die stille lange seconden dat ik mij zelf die vraag nooit gesteld had en ook niet 1, 2, 3 een antwoord paraat had. Om denktijd te winnen flapte ik er “Trump” uit. Een flauwe escape. En toen vertelde ik dat ik eigenlijk nergens echt bang voor was. Zeker, er waren en zijn dingen waarvan ik hoop dat ze mij niet zullen overkomen. Maar echt bang voor iets, ik zou het niet weten. Ik zou er althans geen naam aan kunnen geven. “Ook niet voor de dood?” vulde de jongen aan. Nee, dood zijn boezemt mij geen angst in, vertelde ik hem en zijn hele groep. En ik zei dat ik hoopte dat de dood mild voor mij zou zijn bij het sterven. Maar bang, letterlijk doodsbang, nee dat ben ik niet en ik hoop dat zo te houden.
Ik bedankte de jongen voor zijn vraag, die mij weer wat wijzer had gemaakt.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *