Vertrek

We zijn nog niet weg. Morgenvroeg pas rijden we terug naar Nederland. Maar toch is het vertrekken al een beetje begonnen. De houtkachel wordt schoongemaakt, spullen die waarschijnlijk niet meer nodig zijn pakken we alvast in. Hier en daar wordt er al wat gepoetst. De stofzuiger tevoorschijn gehaald. Maar die blijkt het niet goed meer te doen. We bellen naar de eigenaar. Over een paar dagen zal hij zelf weer van zijn eigen huisje gebruik maken en zal er rekening mee houden dat er niet gestofzuigd is. “Fijn dat u mij even daarover evenĀ  belt. Verder alles tot genoegen geweest?”Ja, verder is alles tot genoegen geweest. De Morvan is sowieso een streek die tot genoegen strekt. Het afwisselende landschap, de 1000 kleuren groen, die onverwachte maaltijd in de bistro, het kasteel met zijn 1000 jaar geschiedenis. Alles was tot genoegen. Ook het lezen bij het haardvuur, het bekijken van een filmpje op de bank met Gade, de tijd voor en met elkaar.
Zo’n dag voor het eigenlijke vertrek geeft mij altijd het gevoel dat ik ook heb in een veerhaven, op eenĀ  vliegveld, een station. Het is een plek die nergens bij hoort. Niet bij het hier en zeker ook niet bij het straks. De opruimdag voor het vertrek en zeker ook de vertrekdag zelf is een dag die nergens bijhoort. Niet bij de vakantie en zeker niet bij het al thuis zijn. Vakanties zouden ideaal zijn zonder aankomst en vertrek. Alleen het er zijn telt. In een oogwenk op de plaats van bestemming zijn. Reistijd is verloren tijd. Tijd tussen wat was en wat komt, zonder betekenis.
Zo dadelijk zetten we het koffer met spullen die niet meer nodig zijn in de auto. Morgenvroeg de toilettassen en dan vertrekken we.
Over een paar jaar zullen we ons afvragen wanneer we ook weer voor de tweede keer in de Morvan waren, zoals we nu niet meer precies kunnen terughalen wanneer de eerste keer was dat we hier samen aankwamen en ook weer vertrokken.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *