Pantoffelparade

Geen gezeur meer over het weer. Het is warm, dat weten we inmiddels allemaal wel. Om daar zo weinig mogelijk last van te hebben is mijn advies zo min mogelijk te doen. Je ziel en zaligheid in lijdzaamheid te bezitten in de onontkoombare zekerheid dat elke golf, hoe hoog  en heet ook ooit weer zal afvlakken. Van de ander kant weet je ook dat die fysieke inertie niet bijdraagt aan lichamelijk welbevinden.Een beetje beweging zou me goed doen, bedenk ik, daarin enthousiast ondersteund door Gade die voorstelt een klein stukje te gaan fietsen. Het heetst van de dag lijkt voorbij en volgens haar moet het aan de Waalkade nu goed toeven zijn. Alleen het kijken naar de rivier die nog steeds van oost naar west stroomt zal verkoeling brengen. We fietsen naar de kade. Of eigenlijk fietsen we niet, de steile weg voert ons traploos naar beneden. De kade heet autovrij te zijn, een paradijs voor wandelaars en fietsers, maar  de kade is meer een busbaan geworden dan een promenade. In zijn onmetelijke wijsheid heeft de gemeenteraad besloten dat de lijnbussen de binnenstad moeten mijden en lopen heel veel routes over de Waalkade. Busbaan en promenade-idee verdragen elkaar maar moeizaam. De passerende bussen zijn zo goed als leeg, de terrassen overvol. De zon kleurt felrood en zinkt weg achter de spoorbrug. Een enkel vliegtuig trekt een lang wolkenspoor langs de donker wordende lucht. Een vrachtboot ploegt zich stroomafwaarts door het grauwe water. Wandelaars ontwijken fietsers, fietsers ontwijken autobussen. Gade en ik vinden het laatste vrije tafeltje op een terras. De pantoffelparade trekt traag aan ons voorbij , meeuwen schreeuwen elkaar hun serenade toe. Het donkert. We drinken ons glas leeg.Vakantie in eigen land. We fietsen langzaam naar huis. Nog even zitten en dan naar bed. De warmte hangt nog in het huis. Geen gezeur meer over het weer.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *