Tijd

Het zijn doorgaans alledaagse dingen die mij inspireren voor deze steeds weer iets meer dan 300 woorden. Inspireren is eigenlijk een veel te groot woord. Op een dag gebeurt er iets waarvan ik denk dat daar wel wat materiaal inzit voor een schrijfseltje. Ik tik een titel in het daarvoor bestemde vakje en ga vrijuit aan het tikken met mijn eigen fameuze twee-vinger-systeem. Het ene woord lokt het andere uit. Heel af en toe met een resultaat waarvan ik bij het terug lezen mij verwonderd afvraag of ik .dat geschreven heb. Dat mijn triviale bestaan als je het zo leest ook nog enige inhoud blijkt te hebben. Maar dat is geen dagelijks gegeven. Soms ben ik gewoon tevreden met het gegeven dat ik de 300 woorden heb gehaald.
De laatste weken heb ik niet geschreven over zaken die niet alleen mij maar ons hele gezin, en dan bedoel ik onze ‘extended family’, aangaan. Ik kon en kan daarvoor de juiste woorden nog niet vinden. Misschien komt dat nog wel, misschien ook niet.En mochten de juiste woorden mij toch te binnenschieten dan is het misschien wel zo dat ik ze zacht voor mij uit prevel, verstaanbaar voor de naasten, maar te delicaat voor dit medium.
Waar ik het vandaag wel over wil hebben is over tijd en over hou weinig daar soms nog maar van over lijkt. Maar alles wat daarover te zeggen valt staat al geschreven in het boek Prediker. Dus wat kan ik daar nog aan toevoegen, vastzittend in de tijd van 24 uur per etmaal. Hoe vaak hoor ik niet de verzuchting “Waar blijft de tijd? “. Dat zou ik, naast een heleboel andere dingen ook wel eens willen weten. Op mijn meest lyrische momenten heb ik op die vraag zelf wel eens geantwoord  dat  het is waar de wind is als ze niet waait. Al zou ik ook met geen mogelijkheid kunnen zeggen waar dat dan wel is. Net zo min als ik weet waar het gat in de donut blijft als de donut gegeten is. Ik weet zo veel dingen niet. Misschien moet je dan maar eenvoudigweg geloven.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *