“Zeg maar Jan” antwoordt een van de verplegers van mijn afdeling. Hij is met het laatste deel van zijn stage bezig. Nog 65 dagen, weet hij te melden, dan heeft hij zijn HBO-opleiding verpleegkunde afgesloten. Hij is een van de weinige mannen in dit door vrouwen bestierde bolwerk. Verpleegsters die ik met moeite uit elkaar houdt. Lange staarten zijn in, maar die worden steeds op een andere manier gedragen. Dan weer los, dan weer in een vlecht of opgestoken. En zo heeft bijna elke zuster twee of drie verschijningsvormen die ik nauwelijks van elkaar kan onderscheiden. Het zou mij niet verbazen als ik mij zelf een paar keer aan de zelfde verpleegkundige heb voorgesteld, zonder mij te realiseren dat ik haar de dag er voor al had begroet. In ieder geval is er eentje die ik feilloos herken. Toen ik in 1995 met een infarct op de afdeling cardiologie werd opgenomen was er een zuster die ook nu weer, 24 jaar later, aanwezig was. En wij herkennen elkaar op het eerste gezicht weer, herinneren ons nog details van die eerste keer, lang geleden.
En dan is er verpleger Jan. Jan heet helemaal geen Jan.Hij heeft Turkse wortels en zijn voornaam klinkt fonetisch als [Toezjan]. Ik heb geen flauw idee hoe je dat in goed Turks schrijft, maar zo klinkt het. Een naam waar wat mij betreft niks mis mee is. En toch stelt hij zich voor met Jan. Een naam die hij naar hij zegt heeft aangenomen om het voor de mensen een beetje makkelijker te maken. “Jan kunnen ze onthouden. Als ik mijn echte naam noem kijken ze me verbaasd aan en vragen wat ik zeg. Daarom zeg ik dan zeg maar Jan.” Natuurlijk hecht hij aan zijn echte naam en is Jan een concessie die hij doet. “En”, geeft hij toe, “als ik mij Jan noem worden er geen verdere vagen gesteld. Bij [Toesjan] wel”.
De hele week blijf ik hem bij zijn echte naam noemen, [Toesjan] . Zo heet hij. Jan, dat ben ik.
Archieven
- oktober 2021
- juli 2021
- mei 2021
- april 2021
- maart 2021
- februari 2021
- januari 2021
- december 2020
- november 2020
- oktober 2020
- september 2020
- augustus 2020
- juli 2020
- juni 2020
- mei 2020
- april 2020
- maart 2020
- februari 2020
- januari 2020
- december 2019
- november 2019
- oktober 2019
- september 2019
- augustus 2019
- juli 2019
- juni 2019
- mei 2019
- april 2019
- maart 2019
- februari 2019
- januari 2019
- december 2018
- november 2018
- oktober 2018
- september 2018
- augustus 2018
- juli 2018
- juni 2018
- mei 2018
- april 2018
- maart 2018
- februari 2018
- januari 2018
- december 2017
- november 2017
- oktober 2017
- september 2017
- augustus 2017
- juli 2017
- juni 2017
- mei 2017
- april 2017
- maart 2017
- februari 2017
- januari 2017
- december 2016
- november 2016
- oktober 2016
- september 2016
- augustus 2016
- juli 2016
- juni 2016
- mei 2016
- april 2016
- maart 2016
- februari 2016
- januari 2016
- december 2015
- november 2015
- oktober 2015
- september 2015
- augustus 2015
- juli 2015
- juni 2015
- mei 2015
- april 2015
- maart 2015
- februari 2015
- januari 2015
- december 2014
- november 2014
- oktober 2014
- september 2014
- augustus 2014
- juli 2014
- juni 2014
- mei 2014
- april 2014
- maart 2014
- februari 2014
- januari 2014
- december 2013
- november 2013
- oktober 2013
- september 2013
- augustus 2013
- juli 2013
- juni 2013
- mei 2013
- april 2013
- maart 2013
- februari 2013
- januari 2013
- december 2012
- november 2012
- oktober 2012
- september 2012
- augustus 2012
- juli 2012
- juni 2012
- mei 2012
- april 2012
- maart 2012
- februari 2012
- januari 2012
- december 2011
- november 2011
- oktober 2011
- september 2011
- augustus 2011
- juli 2011
- juni 2011
- mei 2011
- april 2011
- maart 2011
- februari 2011
- januari 2011
- december 2010
- november 2010
- oktober 2010
- september 2010
- augustus 2010
Links
Jan,
Fijn dat ik weer mag genieten van jou leven en doen en laten. Wij wensen jou en Gade nu wat rust en tijd om bij te tanken.
Hallo Jan,
leuk stuk om dit terug te lezen!